Merel van Vroonhoven verruilde de bestuurskamer voor het klaslokaal. ‘Wie zou ik zijn als ik alles losliet?’

Merel van Vroonhoven legt deze zomer de laatste hand aan haar boek ‘De Stap’. Over haar carrière als vrouw naar de top, haar uitdagingen en dilemma’s en de opzienbarende switch van voorzitter van de Autoriteit Financiële Markten naar student aan de Pabo. Haar inzicht: onze definitie van succes is te smal, te armoedig. Van Vroonhoven was spreker tijdens het Jaarcongres Vrouwen met Impact 2021.

Jannie Benedictus 

Een veelzeggend moment: Merel van Vroonhoven (53) komt iemand tegen uit haar ‘oude leven’. Hij informeert hoe het met haar onderwijs carrière gaat en zegt: maar Merel, is dit wereldje niet veel te klein voor jou? ‘Ik had eigenlijk medelijden’, zegt ze. ‘Ik dacht: wat mis jij veel. Natuurlijk zitten er mooie kanten aan een topbaan. Dat weet ik maar al te goed. Je kunt impact maken op grote schaal. Als docent maak je impact op kleine schaal. Maar dit vak is zó prachtig.’

Ze realiseert zich dat er veel mensen zijn zoals deze man. ‘We zijn eraan gewend om in een bubbel te leven. Met dezelfde mensen te werken, te leven en te sporten. Ik denk dat zo iemand zich oprecht niet kan voorstellen dat je iets anders zou willen. Maar ik vind mijn leven nu zoveel rijker. Elke vrijdag ga ik naar mijn mentorleerling. Hij woont met zijn moeder en vier broertjes en zusjes op 35 vierkante meter. Als ik dan naar huis ga en ik passeer de groentejuwelier en de Franse bakker in onze wijk, dan ben ik me zo bewust van mijn bevoorrechte omgeving, mijn blinde vlekken en mijn aannames. Het is echt een verarming wanneer je dat besef verliest.’

Van Vroonhoven begint in september aan haar eerste baan in het speciaal onderwijs: ze is het komende schooljaar juf in groep 6 op een school voor kinderen met autisme. Ook zal ze aanstaand schooljaar afstuderen aan de Pabo, waaraan ze twee jaar geleden begon. Dat was toen voorpaginanieuws. Topvrouw van de AFM wordt juf.

Wat was de aanleiding om het roer om te gooien?
‘Ik voelde aan alles dat ik een stap wilde maken naar meer betekenisvol werk, dichter bij het individu. Ik had jarenlang gefunctioneerd in de top van organisaties. Bij ING, bij de NS en later voor de AFM. Dat betekent veel vergaderen en veel met hetzelfde type mensen werken. Je hebt wel betekenis en impact, maar je staat ook ver van mensen af. Ik wilde dichterbij komen en in de praktijk bijdragen aan kansengelijkheid en een inclusieve samenleving. In mijn boek beschrijf ik hoe alle uitdagingen die de afgelopen 25 jaar op mijn pad kwamen, zowel zakelijk als privé, me uiteindelijk brachten tot dat besef.’

En hoe zet je zo’n wens om in een daad?
‘Dat is een heel proces, van jaren. Op een gegeven moment heb ik een dag vrij genomen en ben ik door de duinen gaan lopen. Toen viel alles samen. Het inzicht kwam dat ik leraar wilde worden in het speciaal onderwijs. Ik heb daar persoonlijk affiniteit mee omdat een van mijn kinderen autisme heeft. Toch moest ik nog een hoop angsten overwinnen. Zoals: durf ik alles wat ik nu heb los te laten? Wie ben ik dan nog? En wat gaan andere mensen hiervan vinden? Ik zat immers aan de top, ik had het goed voor elkaar. Ik voelde me zelfs schuldig omdat ik als een van de weinige vrouwen aan de top afhaakte.’

Hoe heb je die angsten aangepakt?
‘Door ze recht in de ogen te kijken. Ik besefte dat we onszelf teveel vereenzelvigen met onze banen. Wat je doet is niet wie je bent. Ik kwam er ook achter dat ik veel los zou laten, maar dat ik een deel ervan ook met me mee neem. De ervaring die ik heb, raak ik niet kwijt. Nog een inzicht: ergens mee stoppen betekent niet dat het mislukt is. Je hoeft niet je hele leven hetzelfde te doen. Ook bleek dat andere mensen het helemaal niet afkeurden. Misschien begrepen ze het niet altijd, maar de reacties waren positief.’

Je vindt dat we een nieuwe definitie van succes nodig hebben.
‘Onze definitie van succes is zo smal, armoedig bijna. Het gaat om een hoge opleiding, een hoge positie, salaris. Om privileges. Om connecties. Ik kan mij herinneren dat ik een etentje had en iemand me vroeg op welke middelbare school mijn zoon zat. Ik zei dat hij in de eerste klas van het vmbo zat. De man zei: wat naar voor je. Dat vond ik echt ontluisterend. Het dédain waarmee in bepaalde kringen over het vmbo wordt gesproken, dat is echt beschamend.’

Wat betekent succes voor jou?
‘Voor mij is het de rijkdom van verbinding maken met de ander en van betekenis zijn voor de ander. En nogmaals: dat kan op verschillende manieren. Dat kan op grote schaal of op kleine schaal. Maar het een zou niet meer waard moeten zijn dan het ander. Er zijn best veel raakvlakken tussen het leiding geven aan kinderen en het leiding geven aan volwassenen.’

Je combineert de Pabo met veel andere zaken. Je bent columnist, was onafhankelijk aanjager voor het ministerie van onderwijs, zit in diverse raden van toezicht. Zou alleen het juf-zijn genoeg zijn?
‘Ik probeer mijn talenten in te zetten en echt te denken: waar word ik gelukkig van? Ik heb gekozen voor het onderwijs: het grootste deel van mijn tijd zal ik voor de klas staan. Door mijn achtergrond en ervaring kan ik daarnaast proberen de kloof tussen praktijk en beleid wat te verkleinen. Ik zit dus met een groot been in het onderwijs en met een klein beentje nog in de bestuurlijke wereld. En ik denk dat het ook zonde zou zijn om dat niet te doen.

‘Het is jammer dat een onderwijsbaan niet als aantrekkelijk wordt gezien. Dit werk is prachtig. Ik heb de hele samenleving in mijn klas. Ik kan kinderen leren lezen, ze het heelal uitleggen. De tragiek van het leraarschap is dat we voor een dubbeltje op de eerste rang wilden zitten en de waardering en de status totaal hebben verpest. In Finland heeft de leraar een status van een advocaat of arts en daar hebben ze ook geen tekorten.’

Heb je momenten van twijfel gehad?
‘Niet over mijn overstap. Maar ik loop natuurlijk tegen dingen aan. Ik ging bijvoorbeeld zelf een laptop kopen bij de Mediamarkt. Normaal werd dat allemaal voor me geregeld. Mijn stiefdochter zei toen ze me vertwijfeld zag rondkijken: heb je onder een steen gelegen ofzo?
‘En ik ben natuurlijk een beginnend leraar. Ik maak fouten. Ook al ben ik steeds de oudste, ik heb de minste ervaring in dit vak. Ik probeer met mildheid en compassie naar mezelf te kijken. Laatst lukte het me niet om drie kinderen een opdracht te laten uitvoeren. Ik zat op een kleedje in de klas, de leerlingen waren al afgehaakt. Het was een dinsdag en ik bedacht me dat ik op dinsdag altijd de bestuursvergadering voorzat. Dat liep doorgaans op rolletjes. Daar kan ik dan echt de humor van inzien.’

Je zet je ook in voor ontmoetingen tussen onderwijs en bedrijfsleven.
‘Ja een heel simpele manier om uit je bubbel te komen, is anderen ontmoeten. We hebben daarvoor een oersimpel concept bedacht: we koppelen een manager uit het bedrijfsleven aan een schooldirecteur. Zij kunnen elkaar leiderschapsvragen voorleggen. De blik van een ander kan immers enorm helpen. Maar ook op kleinere schaal kan je uit je bubbel treden. Loop eens een rondje door een andere wijk in je stad.’

Stel dat het was tegengevallen, had je dan na al die media-aandacht nog terug gekund?
‘Ja want ik voel me niet beperkt. Ik ben ervan overtuigd dat ik de meeste waarde toevoeg als ik zelf ook gelukkig ben. Daarbij: je weet pas echt of iets past, wanneer je het ook gaat doen. En ik ben erg blij te ervaren hoeveel deze stap mij brengt, alle angsten ten spijt.’

In ‘De Stap’ schrijft Merel van Vroonhoven voor het eerst over haar jarenlange zoektocht naar balans tussen haar bewijsdrang en haar idealen. Geeft ze een kijkje in de bestuurskamers, waar ze steeds als eerste vrouw op een hoge positie in een mannenwereld terechtkomt. Hoe ze de top bereikt en die verlaat voor de klas. Het boek verschijnt 20 september. Deelnemers aan het Jaarcongres Vrouwen met Impact 2021 kregen het boek mee naar huis.  

 

Geef een reactie

Je email adres wordt niet gepubliceerd. Required fields are marked *

Post comment